Een vakantiewoning kan in veel gevallen interessanter zijn dan beleggen in vastgoed in de stad. Dit hangt af van je doelstelling, risicobereidheid en de fiscale en wettelijke kaders. De markt voor recreatiewoningen heeft de afgelopen jaren sterke groeicijfers laten zien, terwijl de regelgeving in de woningmarkt (met name in steden) steeds strenger is geworden. Hieronder leg ik de verschillen uit en waarom investeren in een vakantiewoning vaak aantrekkelijker is.
1. Minder regelgeving en beperkingen
Stadsappartementen of woningen
- Sinds 2022 hebben veel gemeenten een opkoopbescherming ingevoerd. Hierdoor mag je in bepaalde prijsklassen geen woning meer kopen voor verhuur.
- Er gelden strenge regels voor huurprijsregulering, huurpuntenstelsels en maximale huren.
- Verhuurvergunningen en streng toezicht maken stedelijk vastgoedbeleggen steeds complexer.
Vakantiewoningen
- Recreatief vastgoed valt buiten deze regelgeving.
- Je hebt geen last van huurprijsplafonds en mag zelf bepalen hoe vaak en tegen welke prijs je verhuurt (mits binnen de regels van het park en de gemeente).
2. Hoger en stabieler rendement
- Vakantiewoningen bieden een gemiddeld netto rendement van 3% tot 10%, afhankelijk van locatie en voorzieningen.
- Stadsappartementen leveren vaak lagere rendementen op, tussen de 2% en 5% netto, vooral door stijgende aankoopprijzen en strengere verhuurregels.
3. Lagere risico’s door spreiding van verhuur
- In de stad ben je vaak afhankelijk van één huurder per keer. Bij leegstand of wanbetaling heb je direct een verliespost.
- Vakantiewoningen werken met veel kortdurende boekingen, waardoor je risico’s spreidt.
- Goede parken werken met professionele verhuurorganisaties, dynamic pricing en marketing, waardoor het bezettingsrisico kleiner is.
4. Waardevastheid
- Recreatiewoningen op toplocaties (zoals de kust, de Veluwe of populaire watergebieden) blijven schaars en stijgen jaarlijks in waarde met 2% tot 5%.
- In steden kunnen prijzen sneller fluctueren en heb je te maken met veranderende wetgeving die de waardeontwikkeling kan afremmen.
5. Combinatie van rendement en eigen gebruik
- Bij vastgoed in de stad investeer je puur voor rendement.
- Bij een vakantiewoning profiteer je ook van eigen gebruik. Dit maakt het niet alleen financieel interessant, maar ook emotioneel aantrekkelijk.
6. Belastingen
- Beide vallen in box 3 (bij particulier bezit), dus belastingtechnisch is er geen groot verschil.
- Echter, de druk op stedelijk vastgoed neemt toe door veranderende belastingregels, terwijl recreatief vastgoed hiervan minder last heeft.
Conclusie
Een vakantiewoning is op dit moment vaak interessanter dan vastgoedbeleggingen in de stad. Je profiteert van minder strenge regelgeving, een stabieler en vaak hoger netto rendement, waardevastheid en de mogelijkheid tot eigen gebruik. Daarnaast zijn de risico’s beter te spreiden door kortdurende verhuur en professionele verhuurorganisaties. Wie zoekt naar rendement én zekerheid, vindt in een vakantiewoning een aantrekkelijker alternatief dan stedelijk vastgoed.